Monument voor niet-gedoopte kinderen

Met een ontroerende plechtigheid is op 16 juni 2002 het monument voor de ongedoopte kinderen ingezegend door pastoor Vriend. Daarbij werd onder meer de volgende tekst uitgesproken op het St. Janskerkhof: “Wij zijn bijeengekomen rond dit monument van onze zo vroeg gestorven kinderen, ongedoopt en zomaar ergens begraven aan de rand buiten de gewijde aarde. Was de geloofsgemeenschap vergeten hoezeer het God zelf is, die het kindje weeft in de schoot van de moeder, zoals psalm 139 in de volgende verzen zegt.


Uw schepping ben ik in hart en nieren.
Gij hebt mij geweven in de schoot van mijn moeder.
Ik dank U, Gij hebt mij zo wonderlijk gemaakt, ontzaglijke wonderen zijn al uw werken.
Door U ben ik gekend, mijn ziel en mijn gebeente, in mij was niets voor uw ogen verborgen toen ik werd gevormd in het diepste geheim, prachtig gevlochten in de schoot van de aarde.
Ik was nog ongeboren, Gij had mij al gezien en al mijn levensdagen stonden in uw boek nog voordat Gij er een van had gemaakt.
Ja, God is groter dan ons hart. God handelt barmhartiger dan wij mensen.


Een kindje door de ouders met zoveel liefde verwacht, door de moeder onder haar hart gedragen, haar liederen voor het kindje, woorden van verlangen, van hoop, van toekomst, van leven. En dan onverwacht en zo fel de pijn van het zo vroege sterven. Het snelle begraven. Wonden die nooit helemaal helen, daarbij zoveel onbegrip. Heer, vergeef uw geloofsgemeenschap, die niet verder wist te zien dan het voorgeborchte, omdat zij uw liefde onvoldoende beseft. Die naar ouders, naar gezinnen toe zo weinig inleven vertoonde, zo weinig troost wist te bieden.

...